Categoriearchief: Benin

Benin

Benin

Al snel na de grens gaan we op zoek naar een plekje om te slapen, het liefst kamperen we wild ergens aan het strand maar we vinden geen geschikte plek. We komen uit bij Awale-plage, een hotel met verschillende bungalows, een zwembad en een restaurant. We mogen er kamperen op 50 meter van het strand. Australische medereizigers Anthony en Ruth zijn ook op deze plek beland, ze willen grofweg dezelfde ronde Afrika gaan doen als wij in ongeveer dezelfde tijd dus we zullen ze wel vaker tegen gaan komen. De volgende dag gaan we richting Cotonou om het visa voor Democratische Republiek Congo (Congo Kinshasa) te regelen. Cotonou is de grootste stad van Benin en met zo’n 800.000 inwoners. Het lijkt erop dat al die inwoners een brommertje hebben en ze ook allemaal tegelijk rondrijden in de stad als wij er zijn! Het is er ongelooflijk druk en het is echt opletten dat we er niet één onder de wielen krijgen. Ze komen ons van alle kanten ingehaald en we zijn blij als we uiteindelijk bij de ambassade van Congo zijn. Dit visum wordt gemaakt terwijl we wachten en binnen een paar uurtjes wandelen we de ambassade alweer uit.

We besluiten een pizza te gaan eten in één van de vele restaurantjes gerund door Libanezen, die sowieso erg sterk vertegenwoordigd zijn in het bedrijfsleven in West-Afrika. Nagenoeg alle goedlopende garages, restaurants, supermarkten etc. zijn in handen van Libanezen. Na de pizza rijden we terug naar Awale-plage, het heerlijke rustige plekje aan het strand. De volgende ochtend horen we gezang vanaf het strand komen. Op het strand is een grote groep Afrikaanse mannen bezig om een enorm groot visnet naar binnen te trekken. Na úren trekken ligt er dan uiteindelijk een groot net vol vis op het strand, het meeste is erg kleine vis maar er zitten ook een aantal behoorlijke barracuda’s, maanvissen, roggen en kwallen tussen. Volgens de vissers wordt de vangst steeds minder, ze wijten het aan het grote aantal Russische, Chinese en Nederlandse vissersboten een stukje uit de kust.

We blijven bij Awale-plage voor de kerst en hebben een erg gezellig kerstdiner aan het zwembad met medereizigers Anthony en Ruth. Er is een bandje wat traditionele Afrikaanse muziek voordraagt en daarbij uitbundig danst. We eten foie gras en langoustines, lang geleden dat we zo luxe en lekker gegeten hebben! De volgende dag houden we een kerstbrunch op het strand, echt een vreemde gewaarwording om met 30+ graden in je zwembroek kerst te vieren.

Hierna gaan we weer terug naar Cotonou, we zijn bij de Malinese ambassade in Mauritanië een Zwitser tegen gekomen die een guesthouse in Cotonou runt. We mogen op de smalle oprit kamperen. We kunnen het even uithouden want zijn naar de grootste supermarkt geweest die we tot nu toe in Afrika hebben gezien, de SuperU in Cotonou is enorm en je kunt er zowat alle producten krijgen die bij ons ook in de supermarkten liggen. Omdat bijna alles geïmporteerd wordt uit Frankrijk is het wel ongeveer anderhalf tot twee keer zo duur als in Nederland. Vaak is het goedkoper ergens een straatrestaurantje op te zoeken, voor een volledige maaltijd daar betalen we ongeveer evenveel als een blik bonen in de supermarkt.

Ook bezoeken we de Daktokpa markt, een immens grote half overdekte markt waar echt van alles wordt verkocht. In een hoek van de markt is het zogenaamde fetishmarkt, hier worden allerlei zwarte magie producten verkocht. Denk hierbij aan hondenkoppen, gedroogde leguanen, vleermuizen, maar ook botten en huiden van allerlei dieren. Het stinkt verschrikkelijk en we vinden het maar akelig om te zien. Veel Afrikanen geloven dat het geluk brengt zulke voorwerpen in je huis te hebben, het zou kwade geesten weghouden. Verderop op de markt kopen we een echte Afrikaanse machete, het grote kapmes waar elke Afrikaan op het platteland gebruik van maakt. Naderhand krijgen we nog problemen als we foto’s willen maken vanaf de hoogste verdieping van een winkelcomplex, een beveiliger wordt helemaal wild en roept dat het absoluut verboden is foto’s te maken. Wij wisten van niks en we verwijderen terplekke de foto. Hij neemt er geen genoegen mee en als hij ook nog ziet dat we een kapmes bij ons hebben neemt hij dit in beslag en moeten we hem volgen naar zijn baas (uiteraard een Libanees). Deze is best vriendelijk en zegt dat we toestemming van de politie moeten hebben om foto’s te maken. We leggen uit dat het nergens staat aangegeven en we dus van niks wisten. Alsnog neemt de beveiliger ons mee naar de politie, onderweg schopt hij nog koopwaar van wat vrouwen vanaf de eerste verdieping naar beneden omdat ze daar niets mogen verkopen. Hij vindt de politie niet en brengt ons naar een of ander autoritair figuur. Het is een rustige, vriendelijke man en die ons nogmaals uitlegt dat we toestemming moeten hebben om foto’s te maken. Normaal gesproken zouden we in de gevangenis kunnen belanden! Maar voor deze keer wil hij het door de vingers zien, we pakken de machete terug van de beveiliger en maken dat we wegkomen…

In Cotonou kopen we ook ons eerste echte souvenir, een Afrikaanse djembé-trommel. We kiezen er een met mooi houtsnijwerk en antilopevel. We kunnen nog voor geen meter spelen maar besluiten om de drum een plaatsje te geven op onze achterbank zodat we regelmatig kunnen oefenen.

Met nieuwjaar besluiten we ergens uit eten te gaan, aan de overkant van het guesthouse vinden we uiteindelijk een plekje voor een groot scherm waar knoerthard Afrikaanse R&B op wordt afgespeeld. Maar het is pizza-happy-hour, één pizza bestellen is één pizza gratis dus ons hoor je niet klagen! Met de Top 2000 op via de krakende laptopspeakers luiden wij vervolgens het nieuwe jaar in. We maken het niet te laat want we hebben de volgende dag met Anthony en Ruth afgesproken om samen richting en door Nigeria te rijden.

We slapen de volgende dag dan ook net voor de grens met Nigeria. We vinden een mooi vlak terrein van een kerk, we gaan vragen of we er mogen kamperen. Het duurt altijd even voordat mensen begrijpen wat we bedoelen en we krijgen meestal erg verbazende blikken als we de tent op de auto uitklappen. Maar we mogen er staan en in de avond komt de pastoor ons nog even Gods zegen geven en wenst ons een veilige plezierige reis. De volgende dag staan we vroeg op, op naar het douanekantoor, op naar Nigeria!

Grensovergang Togo – Benin

Grensovergang Togo – Benin

Makkelijke en redelijk efficiënte grensovergang, Bij aankomst parkeren we de auto op een met borden aangewezen parkeerplaats, uiteraard beginnen er meteen wat beambten te fluiten en roepen dat er daar niet geparkeerd mag worden, Afrikaanse logica. Als we vragen waar we ons moeten melden blijkt dat we eerst in een “rij” auto’s (kriskras door elkaar heen staand, claxonnerend en voordringend) moeten gaan staan. Dit is de douane-check, veel locals worden gecontroleerd en moeten hun halve auto leeghalen, wij mogen gelukkig door nadat een douanebeambte een beetje half in de auto kijkt. “No weapons, no drugs?”.

We worden vervolgens naar een loketje gestuurd waar we onze documenten afgeven maar al snel is duidelijk dat de beambten geen flauw idee hebben waar ze mee bezig zijn of wat ze met ons aanmoeten. Meestal herkennen ze het visa voor hun eigen land niet eens en moeten wij dit aanwijzen. Na 5 minuutjes aanklooien geven ze ons de paspoorten terug en zeggen ze dat we bij een ander loket moeten zijn, lijkt er een beetje op dat ze het probleem op een ander willen afschuiven. Bij het volgende loket worden we wel geholpen en als we hebben aangewezen waar ons visa en de stempel die we bij binnenkomst kregen staat, worden we officieel Togo uit gestempeld. Er is nog even wat oponthoud als hij ons Benin-visum niet kan vinden in het paspoort, we leggen hem uit dat we twee paspoorten hebben omdat er anders simpelweg niet genoeg ruimte is voor alle visa. Hij kijkt er een beetje nors bij maar haalt dan zijn schouders op en laat ons door.

We rijden Benin binnen en moeten ons melden bij een chagrijnige agent, direct na ons komt er een busje vol Togolezen aan die zich ook allemaal bij de agent moeten melden. Terwijl wij netjes staan te wachten probeert iedereen voor te kruipen, hier geldt het recht van de brutaalste. We dringen ons door de mensen heen naar voren en nemen een pontificale plek in voor het bureau van de agent. We gooien de paspoorten voor zijn neus neer en vragen om een stempel, duidelijk met tegenzin opent hij de paspoorten en zoekt het visa van Benin, en dat van Togo, wat dus in ons andere paspoort staat. We geven hem het tweede paspoort ook maar hij gooit de paspoorten minachtend aan de kant, we krijgen hem in het gebrekkig Frans niet goed uitgelegd waarom we twee paspoorten hebben. We laten ons niet zomaar wegsturen en blijven voor het bureau staan, ondertussen heel de menigte ophoudend. Hij is het zichtbaar niet eens met de situatie maar gaat gelukkig overstag en stempelt ons met een harde klap Benin in!

We vragen wat rond waar we ons invoerformulier voor de auto moeten halen en komen al snel bij een klein kantoortje met een slagboom uit. Hier betalen we 5900 CFA (8,35 euro) voor het papiertje, de slagboom wordt geopend en wij kunnen er een nieuw vlaggetje bijplakken op de auto; Benin!