Lesotho
Vanuit Durban rijden we in één keer door naar de Sani-pas in de Drakensbergen. Dit natuurgebied ligt tegen het oosten van Lesotho aan en via de rotsachtige steile pas gaan we de hoogst gelegen grens van Afrika over. De Sani-pas is op sommige stukken inderdaad erg steil en smal met veel bochtjes en losse stenen, maar wat een prachtig uitzicht! We hebben gehoord dat in deze tijd van het jaar de pas wel eens afgesloten wordt vanwege hevige sneeuwval, gelukkig is dat nu niet het geval. Onderweg trappen we nog bijna door onze remmen heen omdat ze enorm heet zijn geworden, het valt hier door de grote stenen en krappe haarspeldbochten niet mee om op de motor te remmen. Wel even schrikken maar na een tijdje afkoelen kunnen ze er weer tegenaan. Binnenkort toch maar de goedkope (want er waren geen andere beschikbaar) remblokken te vervangen met wat degelijke exemplaren. Als we boven zijn zien we her en der wat sneeuw en ijs en stappen we uit om van het uitzicht op de zojuist gereden slingerweg te genieten.
Ineens verandert de ruige offroadweg in een strak stuk asfalt, met net daarvoor een slagboom, de grensovergang. Lesotho ligt als land geheel binnen Zuid-Afrika. We krijgen een stempel en na het betalen van een paar euro wegenbelasting mogen we door. We zitten op 2873 meter hoogte boven zeeniveau en dat merken we wel aan de temperatuur! Het is hier een stuk kouder dan het in Zuid-Afrika was. De lokale bevolking heeft ook allemaal dikke kleden omgeslagen. We zien ze in groepjes zich warmen bij een vuurtje of voorbij komen op hun paarden. De eerste nacht slapen we bij een rivier, het is hier nu droge periode. Dat zien we ook aan al het afval wat hier door de hogere stand van de rivier is achtergelaten, overal langs de oever in de struiken.
Het wordt een ijskoude nacht! Wanneer we eten staan te koken als de zon onder gaat voelen we al dat het kwik rap daalt, we bereiden ons voor door allerlei dikke truien en broeken mee te nemen in de daktent. We hebben ze ook zeker nodig gehad, het wordt ‘snachts -8 graden! Ondanks alle warme kleding en mutsen slapen we er toch belabberd door, een daktent is niet gemaakt voor dit soort temperaturen. De volgende ochtend staan we ons op te warmen met een bak koffie als er een jongen langskomt. Hij is herder van een kudde koeien, met warme muts op en dik kleed om zijn lichaam neemt hij graag een kop koffie aan, helaas spreekt hij bijna geen Engels. We hadden graag willen weten hoe het leven is hier in deze koude bergen.
Onderweg naar het noorden van Lesotho komen we nog langs Afriski, op een berghelling is een skibaan aangelegd. Wat een apart gezicht, waarschijnlijk ook omdat in deze tijd van het jaar er verder bijna geen sneeuw ligt. Maar ook omdat wij nooit hadden verwacht ergens in Afrika een onoverdekte skibaan te gaan zien!
Nadat we de auto en jerrycans hebben gevuld met 180 liter diesel (in Lesotho is de diesel 25 cent goedkoper dan Zuid-Afrika) rijden we via Butha-Butha Lesotho weer uit, ons doel was om door het land naar het noorden van de Drakensbergen te rijden. Daar zijn verschillende hikes door de bergen uitgezet waar we de hoogste van hebben uitgekozen; de Sentinel. We zijn maar korte tijd in Lesotho geweest maar hebben goed kunnen ervaren hoe het er is, door de hoge, geïsoleerde ligging in Zuid-Afrika heeft het een heel eigen cultuur en natuur. De prachtige vergezichten en interessante bevolking hebben indruk op ons gemaakt, maar nu weer snel terug naar het lagere, en warmere Zuid-Afrika!